Wat is eierstokkanker?
Eierstokkanker (ovariumcarcinoom) ontstaat wanneer cellen in één van de eierstokken zich ongecontroleerd delen en een kwaadaardig gezwel (tumor) vormen. Eierstokkanker behoort tot de gynaecologische kankers. Dat zijn kankers van de vrouwelijke geslachtsorganen, zoals bijvoorbeeld ook baarmoederhalskanker, vaginakanker of baarmoederkanker.
Wat zijn eierstokken?
De eierstokken zijn kleine, amandelvormige organen die zich in het bekken bevinden, links en rechts van de baarmoeder. Ze maken deel uit van het vrouwelijke voortplantingssysteem en hebben twee belangrijke functies:
De eierstokken bevatten drie verschillende soorten cellen en weefsels:
Types eierstokkanker
Er zijn drie hoofdtypes van eierstokkanker, afhankelijk van het soort weefsel waar de tumor ontstaat.
Het type eierstokkanker dat je hebt, bepaalt mee welke behandeling je zal krijgen
Referenties:
Alles over kanker. Eierstokkanker. Beschikbaar op: https://www.allesoverkanker.be/eierstokkanker (geraadpleegd op 7 maart 2022).
Stichting tegen kanker. Eierstokkanker – Algemeen. Beschikbaar op: https://www.kanker.be/alles-over-kanker/alle-types-kanker/eierstokkanker (geraadpleegd op 7 maart 2022).
Cancer Research UK. Ovarian cancer. Beschikbaar op: https://www.cancerresearchuk.org/about-cancer/ovarian-cancer (geraadpleegd op 7 maart 2022).
World Ovarian Cancer Coalition. What is ovarian cancer? Beschikbaar op: https://worldovariancancercoalition.org/about-ovarian-cancer/what-is-ovarian-cancer/ (geraadpleegd op 7 maart 2022).
Oorzaken en risicofactoren
In de meeste gevallen is de oorzaak van eierstokkanker niet gekend. Er zijn wel een aantal factoren waarvan is aangetoond dat ze de kans om eierstokkanker te ontwikkelen vergroten of verkleinen, althans voor epitheliale eierstoktumoren (het meest voorkomende type van eierstokkanker). Als één of meerdere van deze factoren op jou van toepassing zijn, wil dat echter niet zeggen dat je zeker eierstokkanker zal krijgen.
Factoren die het risico op eierstokkanker verhogen
Leeftijd
Het risico op het ontwikkelen van eierstokkanker neemt toe met de leeftijd. Zo was in België in 2019 de gemiddelde leeftijd bij diagnose 67 jaar, kwamen 80% van de gevallen voor bij vrouwen ouder dan 55 en minder dan 7% van de gevallen bij vrouwen jonger dan 45.
Familiale voorgeschiedenis
Er zijn ook familiale vormen van eierstokkanker. Vrouwen waarvan een eerstegraadsfamilielid (bv. een zus of moeder) eierstokkanker heeft, hebben een verhoogd risico om zelf ook eierstokkanker te krijgen. Een familiegeschiedenis van sommige andere soorten kanker (zoals borst- of darmkanker) kan ook het risico op eierstokkanker verhogen.
Dit kan zijn omwille van een foutje in het DNA (mutatie) dat erfelijk is en dus kan worden doorgegeven van ouder naar kind. Er wordt geschat dat meer dan één vijfde van de eierstoktumors gelinkt is aan een erfelijke mutatie. Bij een familiegeschiedenis van eierstok- en/of borstkanker kan een bloedonderzoek worden gebruikt om de genetische mutatie te vinden die hiervoor verantwoordelijk is en om te bepalen of er een verhoogd risico is op kanker.
Later of nooit kinderen krijgen
Vrouwen die ouder zijn dan 35 bij hun eerste zwangerschap of die nooit zwanger zijn geweest, hebben een groter risico op eierstokkanker.
Hormonale factoren
Vrouwen die na de menopauze oestrogenen nemen (alleen of met progesteron) hebben een verhoogd risico op het ontwikkelen van eierstokkanker in vergelijking met vrouwen die nooit hormonen hebben gebruikt.
Factoren die het risico op eierstokkanker verlagen
Zwangerschap en borstvoeding
Vrouwen die jonger dan 26 waren bij een voldragen zwangerschap hebben een lager risico op eierstokkanker dan vrouwen die geen voldragen zwangerschap hadden voor die leeftijd. Het risico neemt af bij elke voldragen zwangerschap. Borstvoeding kan het risico nog verder verlagen.
Anticonceptie
Het gebruik van een anticonceptiepil (de pil) verlaagt het risico op eierstokkanker. Het risico is lager naarmate de pil langer wordt gebruikt en het lagere risico houdt nog vele jaren aan na het stoppen met de pil. Andere vormen van anticonceptie zijn ook in verband gebracht met een lager risico op eierstokkanker.
Het lagere risico na zwangerschap(pen) of na het gebruik van hormonale voorbehoedsmiddelen kan te maken hebben met het feit dat je tijdens een zwangerschap en als je bijvoorbeeld de pil neemt geen eisprongen hebt. Minder eisprongen hebben gedurende je leven zou het risico op eierstokkanker verlagen.
Een hysterectomie (het verwijderen van de baarmoeder zonder de eierstokken te verwijderen) lijkt ook het risico op eierstokkanker te verminderen.
Referenties:
Stichting tegen kanker. Eierstokkankers. Beschikbaar op: https://www.kanker.be/sites/default/files/publication/3.1.2.nl-eierstokkankers-2018-04.pdf (geraadpleegd op 7 maart 2022).
Belgian Cancer Registry. Cancer fact sheet: Ovarian cancer. Beschikbaar op: http://kankerregister.org/media/docs/CancerFactSheets/2019/Cancer_Fact_Sheet_OvarianCancer_2019.pdf (geraadpleegd op 7 maart 2022).
American Cancer Society. Causes, Risk Factors, and Prevention. Beschikbaar op: https://www.cancer.org/cancer/ovarian-cancer/causes-risks-prevention.html (geraadpleegd op 7 maart 2022).
Cancer Research UK. Risks and causes of ovarian cancer. Beschikbaar op: https://www.cancerresearchuk.org/about-cancer/ovarian-cancer/risks-causes (geraadpleegd op 7 maart 2022).
World Ovarian Cancer Coalition. Ovarian cancer symptoms & risks. Beschikbaar op: https://worldovariancancercoalition.org/about-ovarian-cancer/symptoms-risk-factors/ovarian-cancer-symptoms/ (geraadpleegd op 7 maart 2022).
Walsh T, Casadei S, Lee MK, et al. Mutations in 12 genes for inherited ovarian, fallopian tube, and peritoneal carcinoma identified by massively parallel sequencing. Proc Natl Acad Sci U S A. 2011;108(44):18032-7. doi: 10.1073/pnas.1115052108.
Toss A, Tomasello C, Razzaboni E, et al. Hereditary ovarian cancer: not only BRCA 1 and 2 genes. Biomed Res Int. 2015;2015:341723. doi: 10.1155/2015/341723.
Symptomen
Eierstokkanker veroorzaakt in een vroeg stadium weinig of zelfs helemaal geen symptomen. Daardoor wordt deze kanker vaak laat vastgesteld, wanneer kankercellen al andere organen in het bekken of de buik hebben bereikt.
Bij vrouwen die symptomen hebben, komen de volgende het vaakst voor:
OPGEBLAZEN GEVOEL
OPGEZWOLLEN BUIK
PIJN IN DE BUIK
OP HET BEKKEN
ABNORMAAL VAAK
OF DRINGEND
MOETEN PLASSEN
GEBREK AAN
EETLUST OF ZICH
SNEL VOL VOELEN
Je kan ook de volgende symptomen ervaren:
INDIGESTIE
MISSELIJKHEID
CONSTIPATIE
(verstopping)
ONVERKLAARBARE
VERMOEIDHEID
ONVERKLAARBAAR
GEWITCHTSVERLIES
ONREGELMATIG
VAGINAAL BLOEDVERLIES
DUIZELIGHEID
Deze symptomen kunnen ook vele andere oorzaken hebben en wijzen meestal niet op kanker. Als ze langer dan 2 weken aanhouden, of als je de belangrijkste symptomen minstens 12 keer per maand ervaart, is het aangewezen om je arts te raadplegen. Je arts kan je begeleiden bij de volgende stappen.
Referenties:
Stichting tegen kanker. Eierstokkankers. Beschikbaar op: https://www.kanker.be/sites/default/files/publication/3.1.2.nl-eierstokkankers-2018-04.pdf (geraadpleegd op 7 maart 2022).
American Cancer Society. Tests for Ovarian Cancer. Beschikbaar op: https://www.cancer.org/cancer/ovarian-cancer/detection-diagnosis-staging/how-diagnosed.html (geraadpleegd op 7 maart 2022).
Diagnose en onderzoeken
Eierstokkanker wordt vaak ontdekt door een gynaecoloog of een gastro-enteroloog (omwille van de spijsverteringsklachten die vaak voorkomen als de kanker in een vergevorderd stadium is), maar kan ook toevallig worden ontdekt tijdens een bekkenecho of operatie.
Als de arts een afwijking of een vergroting van de eierstokken vaststelt, zal deze verschillende onderzoeken doen (of voorschrijven) om te bepalen of je al dan niet eierstokkanker hebt.
Als het eierstokkanker is, zijn de onderzoeken ook bedoeld om te bepalen hoe ver gevorderd de kanker is.
Klinische onderzoeken
Tijdens de medische consultatie zal de arts je vragen naar je persoonlijke medische, chirurgische en gynaecologische voorgeschiedenis en naar je familiale voorgeschiedenis. De arts zal ook vragen stellen over de symptomen die je ondervindt.
Hierna zal de arts een klinisch onderzoek uitvoeren. Dit bestaat uit vier onderdelen:
Daarna kunnen bijkomende onderzoeken nodig zijn. Er moet gezocht worden of er een tumor op de eierstokken aanwezig is. Als dit zo is, moet er bepaald worden of het om een goedaardige of kwaadaardige tumor gaat. Als er wordt vastgesteld dat het een kwaadaardige tumor is, moet het kankerstadium bepaald worden.
*Bij palpatie gebruikt de arts de handen om het lichaam te onderzoeken.
Beeldvormende onderzoeken
Beeldvormende onderzoeken zijn onderzoeken waarmee met behulp van verschillende technieken beelden van het inwendige van het lichaam of de organen worden gemaakt. Zo kan je arts bij een vermoeden van eierstokkanker de diagnose bevestigen.
Echografie
Echografie maakt gebruik van geluidsgolven om een beeld te maken van je organen. Bij een transvaginale echografie wordt een staafvormig toestelletje in de vagina gebracht, waarmee de echografie wordt gemaakt. Zo kan de arts je eierstokken en baarmoeder in beeld brengen en nagaan of er afwijkingen zichtbaar zijn. De arts kan ook zien of er overmatig vocht (ascites) in je buikholte zit. Dit vocht kan verwijderd worden met een naald (ascitespunctie) en kan onder de microscoop onderzocht worden op de aanwezigheid van kankercellen.
Magnetische resonantie beeldvorming (MRI)
Soms kan het moeilijk zijn om de diagnose te stellen en kan de arts een MRI-scan van het bekken aanvragen. MRI-scans worden ook gebruikt om op te sporen of er uitzaaiingen zijn. Bij MRI-scans wordt een magnetisch veld opgewekt waarmee gedetailleerde beelden van het inwendige van het lichaam gemaakt worden.
Computed tomography (CT) scan
Bij een CT-scan worden röntgenstralen en een computer gebruikt om 3D-beelden van het inwendige van je lichaam te maken. Een CT-scan wordt gebruikt om op te sporen of de tumor uitgezaaid is.
Positron emission tomography (PET) scan
Bij een PET-scan wordt een kleine hoeveelheid licht radioactieve suikervloeistof gegeven. Kankercellen kunnen dan met een speciale camera in beeld worden gebracht omdat ze meer van deze radioactieve suikers opnemen. Dit kan ook gebruikt worden om mogelijke uitzaaiingen op te sporen.
Radiografie van de borstkas
Het is ook mogelijk dat je arts een radiografie van de borstkas aanvraagt. Dit om na te gaan of er uitzaaiingen zijn in de longen.
Chirurgische onderzoeken
Om de diagnose van eierstokkanker te bevestigen en te bepalen of een tumor goed- of kwaadaardig is, is er een operatie nodig. Tijdens een kijkoperatie (laparoscopie) kan de arts de organen in de buikholte grondig bekijken met behulp van een camera van enkele millimeter, ingebracht via een sneetje ter hoogte van de navel. Er kan ook een klein stukje tumorweefsel verwijderd worden (biopsie). Dit wordt dan onder een microscoop onderzocht en kan meer informatie geven over het type eierstokkanker en de kenmerken ervan. Een biopsie kan ook later uitgevoerd worden, tijdens de operatie waarbij de tumor verwijderd wordt.
Bloedonderzoeken
Je arts zal ook bloedonderzoeken aanvragen om na te gaan of je genoeg witte en rode bloedcellen en bloedplaatjes hebt en om de lever- en nierfunctie te controleren. Ook kan het gehalte van bepaalde eierstoktumormarkers in het bloed worden gemeten, zoals CA-125. Een hoog CA-125-gehalte bewijst niet dat je eierstokkanker hebt, maar geeft aan dat bijkomende tests nodig zijn. De verschillende onderzoeksresultaten kunnen samen de diagnose van eierstokkanker bevestigen.
Genetische onderzoeken
In meer dan één vijfde van de gevallen wordt eierstokkanker gelinkt aan een erfelijke mutatie, een foutje in het DNA dat van ouder op kind kan worden doorgegeven. Mutaties kunnen opgespoord worden aan de hand van genetisch onderzoek en kunnen een invloed hebben op de keuze van de behandeling. Lees hier meer over genetische onderzoeken bij eierstokkanker.
Referenties:
Stichting tegen kanker. Eierstokkankers. Beschikbaar op: https://www.kanker.be/sites/default/files/publication/3.1.2.nl-eierstokkankers-2018-04.pdf (geraadpleegd op 7 maart 2022).
Alles over kanker. Onderzoeken en diagnose van eierstokkanker. Beschikbaar op: https://www.allesoverkanker.be/eierstokkanker#onderzoeken-en-diagnose-van-eierstokkanker (geraadpleegd op 7 maart 2022).
American Cancer Society. Tests for Ovarian Cancer. Beschikbaar op: https://www.cancer.org/cancer/ovarian-cancer/detection-diagnosis-staging/how-diagnosed.html (geraadpleegd op 7 maart 2022).
Cancer Research UK. Tests for ovarian cancer. Beschikbaar op: https://www.cancerresearchuk.org/about-cancer/ovarian-cancer/getting-diagnosed/tests (geraadpleegd op 7 maart 2022).
Walsh T, Casadei S, Lee MK, et al. Mutations in 12 genes for inherited ovarian, fallopian tube, and peritoneal carcinoma identified by massively parallel sequencing. Proc Natl Acad Sci U S A. 2011;108(44):18032-7. doi: 10.1073/pnas.1115052108.
Genetisch onderzoek en BRCA-mutaties
Heel wat eierstokkankers worden gelinkt aan mutaties, of foutjes in het DNA. In de meeste gevallen zitten die mutaties in de zogenaamde BRCA-genen, maar mutaties kunnen ook voorkomen in andere genen. Enkele voorbeelden zijn MSH2, MLH1 of TP53.
Wat zijn BRCA-genen en BRCA-mutaties?
BRCA staat voor “Breast Cancer” (Engels voor borstkanker), omdat de genen BRCA1 en BRCA2 oorspronkelijk ontdekt zijn als genen die de vatbaarheid voor borstkanker beïnvloeden.
BRCA1 en BRCA2 spelen een belangrijke rol in het herstel van beschadigd DNA. Onder invloed van verschillende factoren (zoals veroudering, UV-straling, roken of bepaalde chemische stoffen) kunnen er foutjes ontstaan in het DNA. Normaal gezien worden deze hersteld door een DNA-herstelmechanisme, waar BRCA1 en BRCA2 deel van uit maken. Maar als er mutaties bestaan in BRCA1 en BRCA2, werkt een deel van dat herstelmechanisme niet meer goed en kunnen fouten in het DNA dus minder goed worden hersteld. Dit kan ervoor zorgen dat andere mechanismen in de cel slechter functioneren, waardoor een cel zich bijvoorbeeld ongecontroleerd zal vermenigvuldigen of te lang zal overleven, wat kan leiden tot kanker.
Erfelijke en verworven BRCA-mutaties
Afhankelijk van het soort cellen waarin een BRCA-mutatie voorkomt en of de mutatie al dan niet kan worden overgedragen van ouder op kind, onderscheidt men erfelijke en verworven BRCA-mutaties.
Erfelijke BRCA-mutaties (kiembaan [germline] BRCA of gBRCA) zouden verantwoordelijk zijn voor 15%–18% van alle eierstokkankers. Ze komen voor in alle cellen van het lichaam, inclusief in de ei- of zaadcellen (de kiemcellen). Omdat de mutatie in de ei- of zaadcellen zit, kan ze doorgegeven worden van ouder op kind. Ieder kind van een moeder of vader met een BRCA-mutatie heeft 50% kans om het gemuteerde BRCA-gen te erven. Wereldwijd hebben ongeveer 1 op 500 mensen een erfelijke BRCA1- of BRCA2-mutatie. Bij sommige bevolkingsgroepen komen deze mutaties vaker voor.
Verworven BRCA-mutaties (somatische BRCA of sBRCA) zouden verantwoordelijk zijn voor 5%–7% van alle eierstokkankers. Ze ontstaan spontaan en kunnen voorkomen in alle lichaamscellen behalve de ei- of zaadcellen. Ze kunnen dus niet overgedragen worden van ouder op kind.
Waarom testen op BRCA-mutaties?
Zodra je de diagnose van eierstokkanker hebt gekregen, is het om verschillende redenen nuttig om na te gaan of je een BRCA-mutatie hebt.
BRCA-mutaties kunnen opgespoord worden aan de hand van DNA-onderzoek (ook genetisch onderzoek genoemd) waarin men controleert of er mutaties zijn in de BRCA-genen. Dit kan op twee manieren worden gedaan: een tumortest of een bloedtest.
Met een tumortest wordt het DNA uit een stukje tumorweefsel (dat weggehaald is uit de tumor met een biopsie of tijdens een operatie) onderzocht op de aanwezigheid van een BRCA-mutatie. Hiermee kunnen zowel erfelijke als verworven BRCA-mutaties worden gevonden, maar kunnen deze niet van elkaar onderscheiden worden. Als je testuitslag negatief is, heb je waarschijnlijk geen BRCA-mutatie. Bij een positief resultaat, heb je ofwel een verworven ofwel een erfelijke mutatie en kan je in aanmerking komen voor bepaalde doelgerichte behandelingen. Om te weten of je mutatie erfelijk is, zal je een erfelijkheidsonderzoek ondergaan. Dit bestaat uit een stamboomonderzoek en een bloedtest.
Met een bloedtest kunnen enkel erfelijke BRCA-mutaties (en erfelijke mutaties in andere genen) worden gevonden. Een positief resultaat geeft aan dat je een erfelijke mutatie hebt. Een negatief resultaat sluit een erfelijke mutatie uit.
Er zijn ook andere erfelijke mutaties die gelinkt zijn aan een verhoogd risico op eierstokkanker en die kunnen worden opgespoord met een bloedtest. Bij het Lynch-syndroom bijvoorbeeld is er een erfelijke mutatie in andere genen die betrokken zijn bij DNA-herstel. Het wordt ook erfelijke niet-polyposis colorectale kanker (hereditary non-polyposis colorectal cancer, HNPCC) genoemd. Iemand met het Lynch-syndroom heeft een grote kans om darmkanker te krijgen. Daarnaast hebben vrouwen ook een verhoogde kans op baarmoeder- en eierstokkanker.
Referenties:
ID.BRCA. Introducing the latest insights in BRCA testing for ovarian cancer. Beschikbaar op: https://www.idbrca.com/ovarian-home.html (geraadpleegd op 7 maart 2022).
BRCA-mutatie. Beschikbaar op: https://brca-mutatie.nl/ (geraadpleegd op 7 maart 2022).
Walsh et al. Mutations in 12 genes for inherited ovarian, fallopian tube, and peritoneal carcinoma identified by massively parallel sequencing. Proc Natl Acad Sci U S A. 2011;108(44):18032-7. doi: 10.1073/pnas.1115052108.
Toss A, Tomasello C, Razzaboni E, et al. Hereditary ovarian cancer: not only BRCA 1 and 2 genes. Biomed Res Int. 2015;2015:341723. doi: 10.1155/2015/341723.
Sánchez-Lorenzo, Salas-Benito et al. The BRCA Gene in Epithelial Ovarian Cancer. Cancers (Basel). 2022 Feb 27;14(5):1235. doi: 10.3390/cancers14051235.
Ziektestadia
Nadat de diagnose is gesteld, is het belangrijk om het stadium en de graad van je kanker te bepalen. Het stadium geeft aan hoe groot je tumor is en of deze zich verspreid heeft. De graad geeft aan hoe agressief de tumorcellen zijn. De arts zal hiervoor een aantal diepgaandere onderzoeken doen en kan dan aan de hand van de grootte van de tumor en het type cellen waaruit die bestaat, bepalen hoe gevorderd en hoe agressief de tumor is.
Deze informatie zal je arts helpen om de meest geschikte behandeling te bepalen en je prognose te bespreken. Stel hier gerust vragen over aan je arts.
Tumorstadia
Om het stadium van eierstokkanker te bepalen, wordt meestal het zogenaamde FIGO-systeem gebruikt (vernoemd naar de International Federation of Gynecology and Obstetrics). Er zijn vier stadia van eierstokkanker:
Stadium I
De tumor zit enkel in de eierstokken.
Stadium II
De tumor heeft zich verspreid naar andere organen van het kleine bekken (onderste deel van het bekken), zoals de baarmoeder, de eileiders of de blaas.
Stadium 1 en 2 worden als vroeg beschouwd.
Stadium III
De tumor is uitgezaaid buiten het kleine bekken, naar het buikvlies of naar de lymfeklieren in het bekken (bekkenknopen). We spreken dan over regionale metastasen.
Stadium IV
De tumor is uitgezaaid naar andere, verder gelegen delen van het lichaam (bv. de longen of de lever). We spreken dan van metastasen op afstand.
Tumorgraad
De graad van de kanker geeft aan hoe kwaadaardig of agressief de tumor is.
Door kankercellen te analyseren, kunnen artsen zien hoe snel de cellen zich vermenigvuldigen en hoe zeer ze verschillen van normale cellen:
Bij sereuze epitheliale eierstoktumoren (meest voorkomend type) onderscheidt men hooggradige (agressievere) en laaggradige (minder agressieve) tumoren. Bij andere types van eierstokkanker onderscheidt men graad 1, 2 en 3 (van minst tot meest agressief).
Referenties:
Alles over kanker. Stadia en graden. Beschikbaar op: https://www.allesoverkanker.be/stadia-en-graden (geraadpleegd op 7 maart 2022).
American Cancer Society. Ovarian Cancer Stages. Beschikbaar op: https://www.cancer.org/cancer/ovarian-cancer/detection-diagnosis-staging/staging.html (geraadpleegd op 7 maart 2022).
Cancer Research UK. About stages and grades of ovarian cancer. Beschikbaar op: https://www.cancerresearchuk.org/about-cancer/ovarian-cancer/stages-grades/about-stages-and-grades (geraadpleegd op 7 maart 2022).
Behandeling
Er bestaan veel verschillende behandelingen voor kanker. Elke behandeling werkt op een andere manier omdat elke persoon – en dus elke kanker – uniek is. Een multidisciplinair team van gespecialiseerde artsen zal je opvolgen.
De voorgestelde behandeling kan als doel hebben:
De tumor en andere (uitgezaaide) kankercellen te vernietigen
De progressie (het erger worden) van de ziekte in te perken
De symptomen te behandelen om de best mogelijke levenskwaliteit te garanderen
Operatie (debulking chirurgie)
Bij eierstokkanker wordt meestal beslist om te starten met een operatie, soms voorafgegaan of soms gevolgd door chemotherapie. Bij deze operatie worden de eierstokken, eileiders, baarmoeder en zoveel mogelijk tumorweefsel weggehaald. Dit noemen we een debulking operatie. Er wordt tijdens de operatie goed gekeken hoe ver de tumor zich heeft verspreid, om vast te stellen of te bevestigen in welk stadium de kanker zich bevindt. Dit wordt stadiëring genoemd.
De debulking operatie wordt door een gespecialiseerde chirurg uitgevoerd. Dit kan niet in ieder ziekenhuis, dus kan het zijn dat je voor de operatie naar en ander ziekenhuis wordt doorverwezen.
Bij eierstokkanker in een vroeg stadium (stadium I) kan een operatie voldoende zijn om de volledige kanker weg te nemen, en is er niet altijd aanvullende chemotherapie nodig.
Mogelijke complicaties na en operatie zijn onder meer infecties, bloedingen, blaas- of darmproblemen, bloedklonters en pijn.
Debulking operatie en vervroegde menopauze
Door het weghalen van de eierstokken zal je in de menopauze komen (als dit nog niet het geval was). Dit gebeurt erg plots en de typische symptomen (zoals opvliegers, nachtelijk zweten, prikkelbaarheid, laag libido, vaginale droogte) zijn vaak ernstiger dan bij een natuurlijke menopauze.
Debulking operatie en kinderwens
Als bij de operatie de eierstokken, eileiders en baarmoeder zijn weggenomen, kan je niet meer zwanger worden. Als je een kinderwens hebt, bespreek dit dan met je arts.
Chemotherapie
Bij eierstokkanker wordt de operatie meestal aangevuld met chemotherapie. Bij chemotherapie krijg je medicijnen toegediend via een infuus. Het doel van deze medicijnen is om de kankercellen te doden of te beschadigen zodat ze zich niet meer kunnen vermenigvuldigen.
De behandeling bestaat uit een aantal kuren, die elke 3 weken in het ziekenhuis worden gegeven. De volgorde kan verschillen: ofwel wordt er begonnen met een aantal kuren chemotherapie, dan de operatie, en dan het resterende aantal kuren; ofwel wordt er eerst geopereerd en volgt de chemotherapie daarna.
Chemotherapie kan erg effectief zijn, maar het tast helaas ook gezonde cellen aan. Hierdoor kan je last krijgen van bijwerkingen. Er zijn verschillende soorten chemotherapie. Je kan met je arts je opties bespreken.
Mogelijke bijwerkingen zijn haaruitval, ontsteking van het mondslijmvlies, verlies van eetlust, misselijkheid en braken, diarree, een verhoogd risico op infecties, bloedingen en vermoeidheid.
Een andere manier van chemotherapie toedienen is HIPEC (hyperthermische intraperitoneale chemotherapie). Bij deze behandeling krijgt de buikholte tijdens de operatie een extra spoeling met verwarmde chemotherapie.
Radiotherapie
Radiotherapie wordt bij eierstokkanker maar zelden toegepast. Als het wordt gebruikt, is dit meestal als palliatieve behandeling, bijvoorbeeld om pijn, veroorzaakt door uitzaaiingen in de botten of lymfeklieren, te verminderen. Bij radiotherapie wordt de tumor (en de omliggende regio en lymfeklieren) bestraald met röntgenstralen in een krachtige en geconcentreerde vorm.
Mogelijke bijwerkingen zijn onder meer vermoeidheid, misselijkheid, diarree en een ontstoken blaas.
Doelgerichte behandeling
Doelgerichte therapieën kunnen ofwel op zichzelf worden voorgeschreven, ofwel na chemotherapie (als onderhoudsbehandeling), ofwel in combinatie met chemotherapie en daarna op zichzelf (als onderhoudsbehandeling). Doelgerichte therapieën hebben als voordeel dat ze meer specifiek bepaalde eiwitten die belangrijk zijn voor tumoroverleving kunnen blokkeren en gezonde cellen daarbij sparen. Ze zijn daarom minder giftig voor het lichaam. De meest gebruikte doelgerichte behandelingen bij eierstokkanker zijn PARP (poly (ADP-ribose) polymerase)-remmers en angiogenese-remmers.
Mogelijke bijwerkingen zijn onder meer vermoeidheid, hoofdpijn, diarree, misselijkheid en huidreacties.
PARP-remmers
Mogelijk kom je in aanmerking voor een behandeling met een PARP-remmer. Dit is orale medicatie (tabletten of capsules) die na een succesvolle chemotherapie thuis dagelijks kan worden ingenomen.
PARP-remmers zorgen ervoor dat het effect van de chemotherapie langer behouden blijft. De chemotherapie doodt en beschadigt de tumorcellen. Wanneer de overlevende cellen zich na verloop van tijd proberen te herstellen, gebruiken ze hiervoor hun PARP-eiwit, dat deel uitmaakt van één van de DNA-herstelmechanismen in de cel. Een PARP-remmer blokkeert het PARP-eiwit, zodat cellen zich minder goed kunnen herstellen. Het wordt daardoor moeilijker voor de kanker om weer terug te komen. Op deze manier kan de ziekte lange tijd worden onderdrukt.
Angiogenese-remmer
Het is ook mogelijk dat je in aanmerking komt voor behandeling met een angiogenese-remmer. Dit is een behandeling die via een infuus wordt toegediend.
Een angiogenese-remmer is een medicijn dat ervoor zorgt dat een tumor moeilijker nieuwe bloedvaten kan aanmaken. Een tumor is namelijk afhankelijk van bloedvaten om zuurstof en voedingsstoffen te krijgen. Een angiogenese-remmer wordt tegelijkertijd met de chemotherapie toegediend door twee- of driewekelijkse infuusbehandelingen in het ziekenhuis. Na de laatste kuur chemotherapie gaat de behandeling met de angiogenese-remmer verder.
Klinische studies
Vooraleer een nieuwe kankerbehandeling of een nieuwe combinatie van behandelingen wordt goedgekeurd en algemeen gebruikt kan worden, wordt deze onderzocht in klinische studies. Soms is het mogelijk om deel te nemen aan zulke klinische studies (als je voldoet aan de voorwaarden voor deelname) en zo toegang te krijgen tot behandelingen die nog in ontwikkeling zijn. Hier kunnen echter ook mogelijke risico’s aan verbonden zijn. Het is belangrijk dat je je keuzes afweegt en open en eerlijke gesprekken voert met je arts voordat je beslist om deel te nemen aan een klinische studie.
Palliatieve behandeling
Een palliatieve behandeling is de zorg die je krijgt als je ziekte niet meer te genezen is. De focus ligt dan op het verlichten of voorkomen van pijn en het verbeteren van de levenskwaliteit. Dit kan al dan niet gepaard gaan met andere behandelingen. Soms wordt dit verward met terminale zorg. Terminale zorg is een speciale vorm van palliatieve zorg die wordt gegeven aan mensen in de laatste weken of maanden van hun leven.
Het is niet ongebruikelijk dat een palliatieve behandeling als aanvulling wordt gebruikt naast andere kankerbehandelingen. Het kan het comfort van mensen die andere behandelingen krijgen verbeteren en hen helpen de door hun arts voorgeschreven behandeling af te ronden.
Opvolging
Na de behandeling word je opgevolgd om:
Opvolging bestaat uit klinische onderzoeken, in het begin meerdere keren per jaar, daarna minder frequent. Indien nodig kunnen aanvullende onderzoeken worden uitgevoerd (bepaling van tumormarkers, beeldvormend onderzoek). Deze worden niet systematisch gedaan.
Referenties:
Stichting tegen kanker. Eierstokkankers. Beschikbaar op: https://www.kanker.be/sites/default/files/publication/3.1.2.nl-eierstokkankers-2018-04.pdf (geraadpleegd op 7 maart 2022).
Alles over kanker. Behandelingen. Beschikbaar op: https://www.allesoverkanker.be/eierstokkanker#behandelingen (geraadpleegd op 7 maart 2022).
Cancer Research UK. Treatment for ovarian cancer. Beschikbaar op: https://www.cancerresearchuk.org/about-cancer/coping/physically/sex/women/early-menopause (geraadpleegd op 7 maart 2022).
American Cancer Society. Treating ovarian cancer. Beschikbaar op: https://www.cancer.org/cancer/ovarian-cancer/treating.html (geraadpleegd op 7 maart 2022).
Cancer Research UK. Early menopause. Beschikbaar op: https://www.cancerresearchuk.org/about-cancer/coping/physically/sex/women/early-menopause (geraadpleegd op 7 maart 2022).
Recidiverende eierstokkanker
Het weghalen van het tumorweefsel en dit eventueel onder controle houden met doelgerichte therapieën, is een effectieve manier om de ziekte uit het lichaam te verwijderen en te houden. Bij een deel van de patiënten komt de ziekte gelukkig niet meer terug. Een andere deel van de patiënten heeft een relatief lange symptoom- en progressievrije periode. Deze kan vele maanden en soms jaren duren.
Helaas komt bij vele patiënten waarbij eierstokkanker in een gevorderd stadium wordt ontdekt, de ziekte na verloop van tijd terug. Dit heet recidief. Je kan dan opnieuw worden behandeld, zodat de ziekte weer een tijdlang wordt onderdrukt (in remissie gaat). Je behandelingsopties zijn afhankelijk van de eigenschappen van je tumor en hoe succesvol eerdere behandelingen waren. Deze opties worden met je arts besproken.
Na ieder recidief kan de ziektevrije periode korter zijn. Hoeveel behandellijnen er gegeven kunnen worden voordat de ziekte uiteindelijk de overhand krijgt, is voor iedere patiënt anders. Eens dit punt is bereikt, worden er enkel nog medicijnen gegeven als pijnbestrijding.
Eierstokkanker in België
In 2019 kregen in België 71.651 personen kanker, waaronder 33.079 vrouwen.*
697 (2%) van de kankergevallen bij vrouwen waren eierstokkanker. Eierstokkanker is hiermee de 11e meest voorkomende kanker bij vrouwen.
De gemiddelde leeftijd bij diagnose in België was 67 jaar in 2019 en 80% van de gevallen kwam voor bij vrouwen ouder dan 55. Eierstokkanker kan echter ook op jongere leeftijd voorkomen.
Aangezien eierstokkanker meestal pas in een laat stadium ontdekt wordt, is de overlevingskans na 5 jaar gemiddeld iets minder dan 50%. Dit verschilt echter erg van persoon tot persoon en hangt af van onder meer de leeftijd bij diagnose en het stadium waarin de kanker werd gevonden.
*Dit geeft het totaal aantal kankers weer, zonder niet-melanoom huidkanker.
Referenties:
Belgian Cancer Registry. Cancer fact sheet: Ovarian cancer. Beschikbaar op: http://kankerregister.org/media/docs/CancerFactSheets/2019/Cancer_Fact_Sheet_OvarianCancer_2019.pdf (geraadpleegd op 7 maart 2022).
Belgian Cancer Registry. Belgium: Females, number of invasive tumours by primary site and age group in 2019. Beschikbaar op: https://kankerregister.org/media/docs/SKRstats/2019/2019-F-BEL-Abs.pdf (geraadpleegd op 7 maart 2022).
Belgian Cancer Registry. Belgium: Males, number of invasive tumours by primary site and age group in 2019. Beschikbaar op: https://kankerregister.org/media/docs/SKRstats/2019/2019-M-BEL-Abs.pdf (geraadpleegd op 7 maart 2022).
Kankerscreening
Kankerscreening wordt gebruikt om kanker op te sporen bij personen die geen symptomen hebben. Dit wordt bijvoorbeeld op een systematische manier toegepast bij het opsporen van borstkanker (aan de hand van een mammografie) of baarmoederhalskanker (aan de hand van een uitstrijkje) bij de algemene bevolking. Op deze manier kan kanker vastgesteld worden in een vroeg stadium, wat de kans op genezing aanzienlijk verhoogt. Er is de laatste jaren heel wat onderzoek gedaan om screeningstests voor eierstokkanker te ontwikkelen, maar een effectieve en nauwkeurige test, zoals een uitstrijkje voor baarmoederhalskanker, bestaat nog niet voor eierstokkanker.
De huidige screeningsonderzoeken zijn een transvaginale echografie en een CA-125-bloedonderzoek.
Systematische screening bij de algemene bevolking
Er is momenteel nog geen bewijs dat de hierboven beschreven screeningsonderzoeken levens kunnen redden. In een grote studie met meer dan 200.000 vrouwen in het Verenigd Koninkrijk zag men geen verschil in overlijdens door eierstokkanker tussen vrouwen die niet gescreend werden, vrouwen die een jaarlijkse transvaginale echografie kregen en vrouwen die een jaarlijkse transvaginale echografie kregen gecombineerd met een CA-125-bloedonderzoek. Daarom worden deze tests momenteel niet gebruikt om eierstokkanker systematisch op te sporen bij vrouwen zonder verhoogd risico op eierstokkanker.
Eierstokkankerscreening bij vrouwen met een hoog risico
Vrouwen die drager zijn van een genetische mutatie gelinkt aan epitheliale eierstokkanker (het meest voorkomende type van eierstokkanker) kunnen eventueel wel baat hebben bij jaarlijkse screenings. Dit zijn voornamelijk vrouwen met:
Referenties:
American Cancer Society. Can Ovarian Cancer Be Found Early? Beschikbaar op: https://www.cancer.org/cancer/ovarian-cancer/detection-diagnosis-staging/detection.html (geraadpleegd op 7 maart 2022).
Cancer Research UK. Screening for ovarian cancer. Beschikbaar op: https://www.cancerresearchuk.org/about-cancer/ovarian-cancer/getting-diagnosed/screening (geraadpleegd op 7 maart 2022).
Menon U, Gentry-Maharaj A, Burnell M et al. Ovarian cancer population screening and mortality after long-term follow-up in the UK Collaborative Trial of Ovarian Cancer Screening (UKCTOCS): a randomised controlled trial. Lancet. 2021;397(10290):2182-2193. doi: 10.1016/S0140-6736(21)00731-5.
COVID-19 en eierstokkanker
Informatie over COVID-19, de aanbevelingen over preventie en behandeling, en de maatregelen die de verschillende regeringen nemen, veranderen voortdurend. Het is daarom mogelijk dat de informatie die je hier leest niet of niet volledig up-to-date is. Contacteer daarom steeds je arts om de meest recente informatie en het meest relevante advies te krijgen.
Voor algemene informatie over COVID-19 en het coronavirus en de meest recente richtlijnen in België kan je terecht op info-coronavirus.be of op covid-19.sciensano.be.
Hieronder vind je antwoorden op enkele veelgestelde vragen over COVID-19 en kanker.
Heb ik door mijn eierstokkanker meer kans om ernstig ziek te worden door COVID-19?
Iedereen kan een coronavirusinfectie oplopen, maar bepaalde groepen van mensen hebben een verhoogd risico om ernstig ziek te worden na een besmetting. Dit zijn onder meer personen ouder dan 65 jaar, personen met diabetes, een hoge bloeddruk, hartziekte en long- of nieraandoeningen en personen met een verzwakt immuunsysteem. Tot deze laatste groep horen ook patiënten met erg actieve kankertumoren, diverse uitzaaiingen of met hematologische kankers (bloedkankers zoals leukemie).
Hoewel studies aan het begin van de COVID-19-pandemie aangaven dat alle personen met kanker een verhoogd risico hadden op een ernstig COVID-19-ziekteverloop, spreken meer recente studies dit tegen. Deze recentere studies zagen geen verhoogd risico op complicaties of sterfte na een coronavirusinfectie in personen met kanker (behalve bij hematologische kankers). Meer onderzoek is nodig om hier duidelijkheid over te brengen. Als je vragen hebt of je ongerust maakt, praat dan met je arts.
Mag ik als eierstokkankerpatiënt gevaccineerd worden tegen het coronavirus?
Naast algemene maatregelen om besmetting te voorkomen (zoals een mondmasker dragen, afstand houden, binnenruimtes goed verluchten, contacten beperken) is vaccinatie momenteel nog steeds aangeraden als bescherming tegen COVID-19. Raadpleeg echter steeds je arts omdat er bepaalde medische redenen zijn waarom vaccinatie kan worden afgeraden of bepaalde situaties waarin vaccinatie best even kan worden uitgesteld.
Referenties:
American Cancer Society. Special Section: COVID-19 and Cancer. Beschikbaar op: https://www.cancer.org/content/dam/cancer-org/research/cancer-facts-and-statistics/annual-cancer-facts-and-figures/2021/special-section-covid19-and-cancer-2021.pdf (geraadpleegd op 7 maart 2022).
Alles over kanker. Het coronavirus en kanker. Beschikbaar op: https://www.allesoverkanker.be/corona-en-kanker (geraadpleegd op 7 maart 2022).
Stichting tegen Kanker. Veelgestelde vragen rond het coronavirus en kanker. Beschikbaar op: https://www.kanker.be/coronavirus (geraadpleegd op 7 maart 2022).
BLIJF VERBONDEN
Je bent nooit alleen
Praat & verbind
met lotgenoten.
BLIJF OP DE HOOGTE
DOWNLOAD ONS MAGAZINE
DOWNLOAD NU
De informatie op deze website wordt door AstraZeneca aangeboden voor educatieve doeleinden en is geen vervanging voor de raadplegingen bij je arts of professionele medische zorgverlener. Deze informatie mag niet worden gebruikt voor het stellen van een diagnose of voor behandeling van een gezondheidsprobleem of een ziekte. Als je vragen hebt over je gezondheidstoestand, spreek dan met je arts of je apotheker. Deze informatie is bestemd voor gebruikers in België en Luxemburg.
©2022 AstraZeneca. Alle rechten voorbehouden. NS ID XL-3139-Revision date 01/2023-WEB Local code 93
Hoe worden BRCA-mutaties opgespoord?